Al sinds de jaren twintig weten onderzoekers dat de kleinere stenen waar Stonehenge uit bestaat niet uit de directe omgeving van het prehistorische monument komen. De stenen zijn afkomstig uit Preseli Hills. Maar waar de stenen precies werden verkregen, bleef een raadsel. Tot nu. Wetenschappers hebben twee steengroeves ontdekt waaruit de stenen afkomstig zijn.

In de steengroeves ontstaat het gesteente op bijzondere wijze. De natuur maakt er een soort zuilen van. Die zuilen losmaken van het andere gesteente moet vrij eenvoudig zijn geweest. “Zij (de mensen die in de prehistorie in deze steengroeves werkten, red.) hoefden alleen maar houten stokjes in de scheuren tussen de zuilen te stoppen en de regen deed vervolgens de rest,” vertelt onderzoeker Josh Pollard. Door de regen zwol het hout op, waardoor de zuilen als het ware los werden gemaakt van de andere gesteenten.
In de ene steengroeve werden zo’n 3400 jaar voor Christus al stenen weggehaald. In de andere gebeurde dat 3200 jaar voor Christus al. Dat is interessant, omdat de stenen pas rond 2900 voor Christus deel uit gingen maken van Stonehenge. “Het kan de mensen die de stenen verplaatsten bijna 500 jaar hebben gekost om ze naar Stonehenge te verplaatsen, maar dat is in mijn optiek heel onaannemelijk,” stelt onderzoeker Mike Parker Pearson. “Het is waarschijnlijker dat de stenen eerst in een monument nabij de steengroeves werden gebruikt, dat monument werd later uit elkaar gehaald, waarna de stenen naar Wiltshire werden gebracht.”
“We kunnen in 2016 wel eens iets groots ontdekken”

Als die hypothese klopt, zijn nabij de steengroeves wellicht nog de ruïnes van een monument dat veel ouder is dan Stonehenge, te vinden. De onderzoekers zijn er al naarstig naar op zoek. “De resultaten zijn heel veelbelovend – we kunnen in 2016 wel eens iets groots ontdekken.”

Met de vondst van de steengroeves komen we wellicht ook meer te weten over de wijze waarop de prehistorische mensen de stenen naar Stonehenge vervoerden. Er zijn twee opties. Over het land of over het water. “Persoonlijk denk ik dat de route over het land waarschijnlijker is,” stelt Parker Pearson. “Elk van de tachtig staande stenen woog minder dan twee ton, dus teams van mensen of runderen moeten dat voor elkaar hebben kunnen krijgen.” De vondst kan bovendien helpen om te achterhalen waarom Stonehenge werd gebouwd. De onderzoekers denken dat de kleinere stenen rond 2900 voor Christus werden opgericht en dat de grote stenen pas rond 2500 voor Christus deel uit gingen maken van Stonehenge. “Stonehenge was vanaf het begin een Welsh monument. Als we het originele monument waaruit het werd gebouwd kunnen vinden, zijn we mogelijk eindelijk in staat om vast te stellen waarom Stonehenge werd gebouwd en waarom sommige stenen van zo ver weg kwamen.”