AVENHORN - Toen bakkersvrouw Marleen Pater op televisie een alleenstaande Afrikaanse moeder om hulp zag vragen, raakte haar dat diep. Niet veel later kreeg ze een idee: ze wilde in een arm gebied in Afrika een bakkerij beginnen om het leven van mensen daar beter te maken. Inmiddels heeft ze meerdere bakkerijen en helpt ze honderden mensen. "Ik moest wat doen."

"Ik ben getrouwd met een bakker. Dat is een apart slag volk", vertelt Marleen in een nieuwe aflevering van Strijders. "Als we op vakantie gaan moet mijn man altijd bij andere bakkers kijken. Hij pakt brood, en dan moet ie dan ruiken. Zijn screensaver is geen foto van mij maar van kadetjes", grapt ze.

"Op een avond zat ik voor de tv. De kinderen lagen op bed met hun buikjes vol. Er kwam een Afrikaanse vrouw op tv en die sprak me aan. Ik dacht 'je zal maar een moeder zijn in Afrika.' Ik dacht als we nou een bakkerij in Afrika bouwen, kunnen die mensen daar werken. Dan hebben ze in ieder geval voedsel en een salaris. Ik moest wat doen. Mijn man Johan kwam thuis en ik vertelde hem meteen het plan."

Johan was in eerste instantie niet heel enthousiast. Toch bleef het idee door het hoofd van Marleen spoken. "Het idee liet me niet los dus ik belde het Liliane Fonds. Zij hebben uitgezocht waar in Afrika het meeste behoefte was aan een bakkerij. In Ghana was de beste plek, zo bleek. Ik dacht ik moet wel een bakker meenemen want Johan wilde niet mee. Dus ik heb alle bakkers die ik kende een brief geschreven. Ik had ook nog niet bedacht hoe ik aan geld moest komen. Dus toen heb ik alle bakkersvrouwen een brief geschreven waarin ik om hulp vroeg."

De eerste bakkerij bleek een groot succes. "Bijvoorbeeld voor Beatrice. Ze vluchtte vanuit Congo naar Oeganda en werd daar verliefd op een Oegandese meneer. Ze trouwde met hem en raakte zwanger van een tweeling. Hij overleed en ze belandde op straat. Via een omweg kwam ze bij de bakkerij werken waar ze een salaris kreeg en een huisje kon kopen. Haar kinderen gaan nu naar school. Wat een prachtig verhaal."

Het duurde niet lang voordat er nog een bakkerij werd gebouwd. "Inmiddels hebben we er vier in Oeganda en een in Kenia. We zijn een microfinancieringsproject begonnen en een bakkersschool. Het is zo ontzettend leuk om te helpen. We hebben geen strijkstok, 96 procent van het geld gaat naar Afrika", benadrukt Marleen. "Hoe je met een simpel brood het leven kan veranderen van honderden mensen. Het is fantastisch."