Een pijnlijke fout in de administratie van justitie kwam woensdag op een strafzitting aan het licht. M.B. uit Emmen moest op verdenking van diefstal van bouwmaterialen voor de politierechter verschijnen. Zijn medeverdachte D.T. (45) uit Emmer-Compascuum was stomverbaasd. B. bleek afgelopen oktober namelijk al overleden.
De rechter en de officier van justitie waren er niet van op de hoogte dat de verdachte al maanden dood was. Zij reageerden geschrokken. De rechter besloot de zaak tegen medeverdachte T. voort te zetten.
De inwoner van Emmer-Compascuum bekende dat hij in mei 2012 met zijn inmiddels overleden kompaan heeft ingebroken op een bouwterrein in Emmen. De twee zijn met een vrachtwagen het terrein opgereden. Ze hebben schroeftempels en opslagrekken op een vrachtwagen getakeld. T. zei dat zijn medeverdachte de vrachtwagen had geregeld. ,,Het is rot dat ik het zeg, want hij kan zich niet meer verdedigen.”
Het is de mannen niet gelukt om de spullen mee te nemen. De politierechter vindt dat B. wel straf verdient. Hij is veroordeeld tot een werkstraf van 80 uur waarvan de helft voorwaardelijk. Dat is gelijk aan de eis van de officier van justitie.