Na de aardbeving en tsunami in het noordoosten van Japan is de omgeving van de kerncentrale Fukushima I voor mensen verboden gebied. Dieren spinnen daar garen bij.
Volgens een Nederlandse radiobioloog bleek ook in Tsjernobyl al dat in de periode na de ramp van 1986 veel meer herten en vossen werden gezien.
Dat dieren juist in die gebieden goed gedijen komt volgens de wetenschapper doordat ze geen last meer hebben van mensen die jagen, ontbossen of branden veroorzaken. Dieren zijn bovendien minder gevoelig voor radioactiviteit.