Sinds het schip in 1915 zonk bij Antarctica, bleef de Endurance tot de verbeelding spreken. Nu heeft een expeditie het wrak teruggevonden.

Een van de meest tot de verbeelding sprekende scheepswrakken in de geschiedenis is na ruim honderd jaar teruggevonden. De restanten van de Endurance, het schip dat in november 1915 bezweek onder de druk van het pakijs tijdens een expeditie naar Antarctica, werden op 3000 meter onder het zee-oppervlak teruggevonden door een expeditie.

Met onderwaterdrones werd het wrak gefilmd. Op de beelden die zijn vrijgegeven is te zien dat het heel goed bewaard is gebleven. De letters die op de achtersteven ‘Endurance’ spellen zijn nog goed te zien, de planken zien eruit alsof ze zojuist bij de bouwmarkt vandaan komen.
Foto

“Door de lage watertemperaturen wonen er geen organismes die hout eten in dit deel van Antarctica”, aldus Dan Snow, een historicus die meereisde met de expeditie om verslag te doen.

“Dit is zonder overdrijven met afstand het best bewaarde houten scheepswrak dat ik ooit heb gezien”, zei Mensun Bound, een 69-jarige marien archeoloog die een van de expeditieleiders was. Het wrak is alleen gefilmd, maar wordt niet opgetakeld – al jaren voordat het gevonden werd, werd het in het Verdrag inzake Antarctica tot beschermd erfgoed bestempeld.

Die legendarische status dankt de Endurance aan het heroïsche overlevingsverhaal van de 28 bemanningsleden, onder leiding van poolreiziger Sir Ernest Shackleton. Die had het schip – in Noorwegen speciaal gebouwd om in poolijs te kunnen varen – gekocht voor zijn Zuidpoolexpeditie. Hij wilde als eerste Antarctica over land doorkruisen. Maar al vrij snel nadat hij in december 1914 uitvoer vanaf het eiland Zuid-Georgia, kwam het schip vast te zitten in het pakijs.

Het grootste deel van 1915 was het schip willoos overgeleverd aan de koers van het ijs, en mislukten pogingen om een uitweg naar de open zee te hakken en zagen. Uiteindelijk werd de druk van het ijs te groot. In oktober 1915 gaf Shackleton het bevel om het schip te verlaten, dat niet lang daarna zou zinken.
Foto

Na zes maanden gekampeerd te hebben op het ijs, levend van pinguin- en zeehondenvlees, wisten de mannen uiteindelijk een afgelegen eiland te bereiken.

Shackleton lukte het vanaf daar om met enkele mannen in een kleine, open reddingsboot de meer dan 1000 kilometer over een woelige oceaan terug te varen naar Zuid-Georgia, waar hem nog een gevaarlijke bergbeklimming wachtte voor hij in een walvisstation hulp kon organiseren. De laatste achtergebleven mannen werden in augustus 1916 van het eiland gered, ruim anderhalf jaar nadat ze het contact met de beschaving verloren waren.