Ongetraind met je collega’s de Noordzee oversteken in een roeiboot. Het klinkt als opschepperij. Toch haalde Pim een kleine drie maanden geleden zijn drie collega’s over tijdens een zomerse vrijdagmiddagborrel. Ze vertrekken op 7 oktober vanuit Londen en eindigen op het IJ. Ruim één week trekken ze uit voor de overtocht van ruim 350 kilometer.

'Je weet hoe het soms gaat tijdens een ‘vrijmibo’', zegt bedenker Pim lachend op het dakterras van zijn werkgever. 'We hadden nog niet eens zo heel veel bier gedronken, ik geloof een biertje of twee, toen de avontuurlijke verhalen van ieders vakantie enthousiast werden gedeeld.' Pim luisterde aandachtig naar de verhalen van zijn collega’s.

Zelf had Pim al langere tijd het idee om de Noordzee over te steken in een roeiboot, maar mede-roeiers had hij tot dusverre nog niet gevonden. 'Ik wachtte mijn kans af en begon toen mijn ambitieuze plan te delen met de jongens. Tot mijn verbazing waren er drie collega’s lyrisch en zijn we vanaf dat moment aan de slag gegaan om de oversteek te plannen.'

De vier collega’s worden geassisteerd door niemand minder dan oceaanroeier Ralph Tuijn. In 2015 stak hij samen met vier Britse mede-roeiers de Atlantische Oceaan over in 51 dagen en 17 uur. Dit leverde Ralph en het Britse team een wereldrecord op. Toch is deze expeditie wel andere koek voor de recordhouder. 'Ik moest wel even lachen toen ik het ambitieuze plan hoorde van Pim. Toch was ik gelijk enthousiast. Ik heb al eerder beginnelingen geholpen met een oversteek. Wel dwong ik de gasten flink wat extra tijd te investeren in de sportschool.'

Het viertal heeft nu één maand serieus getraind onder het bewind van Ralph. Ondanks de korte voorbereiding heeft hij vertrouwen in zijn roeiers: 'Ze hebben echt hard gewerkt en ik denk dat ze er klaar voor zijn.'

Het de bedoeling dat de mannen de hele oversteek in de roeiboot verblijven. Een dak boven het hoofd is er niet, en een emmer zal dienst doen als toilet. Wel vaart er de hele tijd een zeilboot mee. 'Het is fijn dat we niet helemaal alleen op zee dobberen', aldus Pim. 'En dat we in de gaten worden gehouden is fijn. Toch ben ik wel een beetje nerveus. We peddelen ongeveer zeven dagen op open zee, zonder een dak boven ons hoofd, en ik zal moeten poepen in een emmer terwijl mijn collega’s naar mijn achterste kijken.'

Als alles lukt, eindigen de vier collega's samen met coach Ralph op het NDSM-terrein. Maar volgens Pim staat dat nog niet helemaal vast. 'We hebben allemaal ideeën hierover, dus over het eindpunt moeten we nog goed discussiëren.'