De politie in Leiden breekt bij burgers in en neemt spullen mee om ze bewust te maken op het gevaar van insluipers, meldt RTV West vrijdag.
De politie die inbreekt, dat lijkt wel de omgekeerde wereld. Hoe zit dat, wijkagent Erik van Dongelen?
“Er is geen sprake van inbreken. We breken geen poorten, deuren of ramen open en klimmen niet over schuttingen om spullen mee te nemen. Wij surveilleren al jaren in de wijk op insluipgevaar. We lopen dan door brandgangen en als we zien dat ergens een deur open staat zonder dat de bewoner zichtbaar aanwezig is, dan leggen we een wit voetje neer om hem te attenderen op het gevaar van insluipers.”
Maar u zou een laptop en een mobieltje hebben meegenomen.
“Wij hebben inderdaad in april een mobiel meegenomen die op een tuintafel lag. Bij het surveilleren zagen we dat die vanuit de brandgang zo voor het grijpen lag. Die hebben we meegenomen, we zijn meteen om het huis gelopen en hebben aangebeld. We hebben de bewoner gevraagd of hij misschien iets miste. Eerst denken ze van niet maar dan missen ze toch dat telefoontje. Die geven we dan terug. Het gaat om het bewustwordingsmoment, dat de burger zich realiseert hoe gemakkelijk insluipers kunnen toeslaan. Het is een preventieve actie.”
Mag de politie wel zomaar privéterrein betreden?
“De woning is inderdaad beschermd in de wet, daar moet je speciaal toestemming voor hebben om binnen te gaan. Maar in dit geval is het niets anders dan dat wij op straat een auto zouden aantreffen die niet op slot zit. Dan gaan we ook de auto in om te kijken of er papieren in liggen die ons kunnen leiden naar de eigenaar. Of dat we bij een woning de voordeur open zien staan terwijl er niemand thuis is, dan gaan we ook kijken of er iets aan de hand is.”