Een NASA-missie om te bepalen of zich aan de zuidpool van de maan ook ijs onder de oppervlakte bevindt is vrijdag teleurstellend verlopen. De beloofde foto's van een spectaculaire inslag bleven uit. Om 13.31 uur Nederlandse tijd sloeg een satelliet in in een krater aan de zuidpool van de maan. De kracht van de gecontroleerde crash, vergelijkbaar met die van anderhalve ton TNT, moest een nieuwe minikrater veroorzaken en een ongeveer tien kilometer hoge stofwolk doen opwaaien. Een sonde die de satelliet op vier minuten volgde moest de inslag filmen. De gedachte was dat wanneer de stofwolk boven de rand van de duistere krater uitsteeg, het stof onder invloed van zonlicht in verschillende elementen uiteen zou vallen en dat de sonde vervolgens zou registreren of zich onder die elementen ook waterstof bevindt. Maar vlak voor de inslag van de satelliet hield de sonde plotseling op met het sturen van beelden. De NASA zegt er zeker van te zijn dat de inslag is verlopen zoals was gepland en onderzoekt waarom er ineens geen beelden meer werden doorgestuurd. Volgens de NASA werkte de meetapparatuur van de sonde wel.