Binnen drie jaar is de grootste populatie van orang-oetangs ter wereld, op het Indonesische eiland Borneo, uitgestorven. Daarvoor waarschuwt het Centrum ter Bescherming van de Orang-oetan. De voornaamste oorzaak ligt bij de almaar uitbreidende palmolieplantages. In 2004 telde het tropische regenwoud van Midden-Kalimantan nog 31.000 exemplaren. Nu is dat aantal gereduceerd tot 20.000. Volgens natuurbeschermers moet de regering dringend werk maken van de bescherming van de dieren. Commerciële exploitatie, illegale kap en stropers vormen de grootste gevaren. Als er niets verandert, zal de orang-oetang op Borneo tegen 2011 misschien al uitgestorven zijn, zei Hardi Baktiantoro, het hoofd van de organisatie. De leefomgeving van de apen wordt steeds kleiner. Bovendien heeft de Indonesische regering beslist om 455.000 hectare beschermd natuurgebied op te offeren voor palmolieplantages. Op de klimaatconferentie van Bali kondigde de Indonesische president Susilo Bambang Yudhoyono vorig jaar nochtans een grootscheepse reddingsactie voor de orang-oetan aan. Maar de plannen krijgen geen politieke steun.