Gebouwen en kunstwerken worden stiekem met 3D-camera’s gefotografeerd, waarna ze op ware grootte of kleiner 3D-geprint kunnen worden.

Regelmatig bereiken ons berichten dat de strijd in het Midden-Oosten niet alleen mensenlevens kost. Ook gebouwen en kunstwerken die eeuwenoud en van onschatbare waarde zijn, gaan in de strijd ten onder. Soms per ongeluk. Soms worden ze expres vernietigd. Het meest bekende voorbeeld is misschien wel de tempel van Bel in Palmyra (Syrië) die eerder dit jaar grotendeels door IS werd opgeblazen.

Hoe kunnen we gebouwen en kunstwerken in conflictgebieden van de ondergang redden? Het is een vraag die archeologen bezighoudt. En nu is er een antwoord: The Institute for Digital Archaeology. Binnen dit instituut hebben onder meer UNESCO en archeologen van Harvard University en Oxford University de handen ineengeslagen en zichzelf een helder doel voor ogen gesteld. De kunstwerken en gebouwen zo vereeuwigen dat ze gereconstrueerd kunnen worden.

Fotografen reizen op vrijwillige basis, gewapend met 3D-camera’s naar archeologische plaatsen in conflictgebieden in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. De beelden die zij maken, worden geüpload in een voor iedereen toegankelijke database: de Million Image Database. De beelden kunnen gebruikt worden voor onderzoek, onderwijs, maar ook voor het maken van reconstructies. Waaronder reconstructies op ware grootte. De gebouwen worden dan met behulp van een 3D-printer nagemaakt.

Het project is reeds in volle gang. Maar voor de tempel van Bel kwam het te laat. Toch wordt gepoogd ook deze tempel voor het nageslacht te behouden. Duizenden tweedimensionale beelden worden gebruikt om toch een 3D-print van een deel van de tempel te kunnen maken. In april volgend jaar – tijdens de UNESO World Heritage Week moet de triomfboog die bij de tempel hoorde in volle glorie verrijzen op Times Square (New York) en Trafalgar Square (Londen).

“Nog nooit is een project met dit doel en op deze schaal opgezet,” zo is op de website van het instituut te lezen. “Toch hopen we dat het in de toekomst navolging krijgt. Hoewel er mensen zijn die ons aanmoedigen om de geschiedenis te vergeten – en de geschiedenis die we delen en ons samen één maakt te vergeten – zetten wij ons in om ervoor te zorgen dat de visuele herinneringen die onze geschiedenis levend houden onderdeel blijven van de menselijke ervaringen.”