Dolfijnen nemen de wereld waarschijnlijk op dezelfde manier waar als mensen en apen, zo blijkt uit nieuw wetenschappelijk onderzoek.

Hoewel dolfijnen bij het verkennen van hun omgeving vooral gebruik maken van echolocatie, is hun visuele waarnemingsvermogen boven water behoorlijk goed ontwikkeld.

De dieren zijn vermoedelijk in staat om vormen zoals cirkels en driehoeken boven water van elkaar te onderscheiden, net als mensen en apen.

Dat melden Japanse onderzoekers in het wetenschappelijk tijdschrift Scientific Reports.

De wetenschappers trainden drie in gevangenschap levende tuimelaars om hun neus boven water tegen speeltjes te drukken. De speeltjes hadden verschillende vormen: van vierkant tot cirkelvormig en driehoekig.

Als een dolfijn had geleerd om zijn neus tegen één specifieke vorm aan te drukken, bijvoorbeeld een driehoek, werd het dier daarna geconfronteerd met twee speeltjes waarvan er slechts één driehoekig was en de ander een afwijkende vorm had.

De dolfijnen kozen in zo’n geval relatief vaak voor de vorm die ze al kenden, in dit geval de driehoek. Kortom: de dieren moeten tot op zekere hoogte in staat zijn om vormen uit elkaar te houden, zo concluderen de wetenschappers.

De dolfijnen presteerden minder goed dan mensen en chimpansees, maar slaagden nog altijd bovengemiddeld vaak voor de ‘vormherkenningstestjes’.

De studie moet nog wel worden herhaald met meer tuimelaars om definitieve conclusies te trekken over het waarnemingsvermogen van dolfijnen. Bij het onderzoek werden slechts drie dolfijnen getest die ook nog eens vaak met mensen en door mensen gemaakte spullen in aanraking komen.

Toch zijn de wetenschappers verrukt over de resultaten en de overeenkomsten die ze vonden tussen dolfijnen, apen en mensen.

“Hoewel elk van deze diersoorten zich heeft aangepast aan een andere omgeving en ze ook in verschillende mate afhankelijk zijn van hun visuele kwaliteiten, nemen ze de wereld blijkbaar toch op dezelfde manier waar”, verklaren de wetenschappers in de Britse krant The Telegraph.