Kan een dienst die helpt met het vinden van een laptopdief te ver gaan? Misschien wel, oordeelde een Amerikaanse rechter.
Dat was een mooi verhaal een paar weken geleden, over een slachtoffer van de rellen in Londen die dankzij het programmaatje Prey zijn gestolen laptop kon traceren. Maar kun je ook te ver gaan bij het opsporen van een gestolen notebook? Volgens de Amerikaanse rechter Walter Rice mogelijk wel.
Hij deed onlangs uitspraak in een rechtszaak die was aangespannen door de Amerikaanse lerares Susan Clements-Jeffrey. De docente had in 2008 voor zestig dollar een laptop gekocht van één van haar leerlingen. Met zo'n prijs mag het niet verbazen dat het apparaat gestolen was, al verklaarde de invalleerkracht dat de leerling haar had verteld dat hij de computer van zijn oom en tante had gekregen (in werkelijkheid kocht hij de laptop voor 40 dollar bij een bushalte).
Wat Susan niet wist, was dat de rechtmatige eigenaar de laptop van tracking-software had voorzien. De geïnstalleerde software, LoJack, maakt het mogelijk om op afstand toegang te krijgen tot een verdwenen laptop. En dat is precies wat de makers van de software, Absolute Software, deden.
Daarbij troffen zij een seks-chat aan tussen de lerares en haar vriend die elders in de VS woont. Ook onderschepten zijn webcambeelden van een naakte Susan. De politie toonde deze beelden toen ze bij de lerares aanklopten in verband met de laptopdiefstal.
Dat hadden de agenten misschien beter niet kunnen doen, want de 52-jarige weduwe en haar vriend besloten een rechtszaak aan te spannen tegen de politie en tegen softwaremaker Absolute Software. Volgens de rechter heeft Absolute mogelijk 'een grens overschreden'. Of dat werkelijk het geval is, moet in een vervolgrechtszaak blijken.