Er zijn uiteraard vele factoren die bijdragen aan het ontstaan én het in stand houden van leven op aarde. De aanwezigheid van water bijvoorbeeld is zo’n ­factor. Het feit dat de aarde zélf een ­magnetisch veld creëert, is ook zo’n factor.

Mars en zijn manen. Een daarvan zou kunnen worden ingezet om een magnetisch veld te creëren. Illustratie: Istock
Het aardmagnetische veld beschermt ons onder meer tegen gevaarlijke straling van de zon. Dit schild ontstaat dankzij vloeibaar ijzer en nikkel in de buitenste kern van de aarde; de rotatie van de aarde zorgt ervoor dat de beweging van deze vloeistof wordt omgezet in elektrische energie. Die energie vormt het magnetische veld dat ons beschermt.

Het verdwijnen van zo’n schild heeft ertoe geleid dat Mars van een warme, natte planeet is veranderd in een koude onleefbare planeet. Dit was een proces van miljoenen, zo niet miljarden jaren.

Als we er uiteindelijk in slagen om voet op Mars te zetten, en áls we die planeet willen koloniseren, zou zo’n magnetisch veld wel handig zijn.

Er zijn in de loop der jaren verschillende theorieën ontwikkeld om zo’n veld te creëren. Door — op een of andere manier— een kern te ontwikkelen zoals we op (of beter ín) de aarde ook hebben. Of door allemaal stationnetjes te bouwen die tezamen een magnetisch veld vormen.

De populairste strategie op dit moment echter is de Marsmaan Phobos als troef in te zetten. Phobos is de grootste van de twee Marsmanen en hij maakt elke acht uur een rondje om de planeet.

Als we erin slagen de deeltjes aan de oppervlakte van Phobos te ioniseren én te versnellen, ontstaat er een magnetisch veld dat sterk genoeg moet zijn om Mars, en zijn toekomstige bewoners, te beschermen.

Om dit plan te realiseren is ongeveer evenveel energie nodig als we in één jaar op aarde verbruiken. Geen nood: kernenergie zou daarvoor naar Mars moeten worden geëxporteerd. Of beter gezegd: we zullen een manier moeten bedenken om dáár kernenergie op te wekken.

Moet te doen zijn dus!