DE VOS LOOPT DOOR HET BOS. Maar, is deze vos relaxed? Is deze vos at ease? Nee... deze vos is niet relaxed en niet at ease, want hij wordt achterna gezeten door een meute bloeddorstige honden en jagers. Het trompetgeschal nadert en hij is de uitputting nabij. Als hij even tegen een boom leunt om tot rust te komen, hoort hij boven zich een gelach: Hahahahaha. En als hij opkijkt, ziet-ie daar, zittend op een tak, met een pilsje in zijn hand... de raaf. Hé voske, hoe is 't nou? Hahahahaa, hahaha. En de vos zegt: Raaf, raaf alsjeblieft, help me, alsjeblieft raaf, je mag me niet aan mijn lot overlaten. Als je me nu niet helpt, dan zullen ze me verscheuren in kleine stukjes. Alsjeblieft raaf, ik smeek je, vertel me waar het water is waar ik mijn sporen uit kan wissen, vertel me alsjeblieft waar een hol is waarin ik me kan verstoppen, ik-ik weet raaf, wij zijn nooit vrienden van elkaar geweest, altijd hebben we elkaar het leven zuur gemaakt, maar voor deze ene keer raaf, ik smeek je, ik smeek je op mijn knieën, alsjeblieft, help me... Ja, dikke lul! zei de raaf. En de raaf vloog weg. En de raaf vloog helemaal naar de rand van het bos.
Aan de rand van het bos stond een grote boerderij, omgeven door velden. En midden op één van die velden prijkte fier: een vogelverschrikker. En dat was niet zomaar een vogelverschrikker, dat was één van de populairste vogelverschrikkers uit de regio. Zijn naam was: Kieker-Jan. En in heldendichten werden zijn heldendaden bezongen: Kieker-Jan, Kieker-Jan 't is een held, Kieker-Jan, Kieker-Jan jaagt de vogels van het veld. Kieker-Jan laat zich niet kisten, Kieker-Jan is sterk, Weer of niet, dag of nacht, altijd aan het werk, Kieker-Jan, Kieker-Jan! - Jahahaa!
Ja, en weet je, zelfs de vogels hadden respect voor Kieker-Jan en ze aten alleen maar de zaadjes buiten zijn gezichtsveld. Behalve de raaf. De raaf die ging altijd vlak voor Kieker-Jan staan en dan zei hij: Hahahehe. Hé, hé, Kieker-Jan. Hahahehehe. Hé, Kieker-Jan, mietje. Hé hahahaha. Hahahaha, hé, Kieker-Jan, verrekte zak hooi, hé, hahaha. Hé let op hè, Kieker-Jan, zaadje, van het veld, jaahahaha, jahaha, zaadje van 't veld, hoppekee, hop, hmm, ja, ja... en nou? En die arme Kieker-Jan die hing daar maar. Ja, wat moest-ie doen, wat moest Kieker-Jan doen? Het was maar een vogelverschrikker - maar... hij vertrok geen spier. En ook vandaag hè, het was weer raak, en de raaf die ging weer tekeer: Hé, hé, Kieker-Jan! Lalalalalahahaha. Maar plotseling, plotseling zag Kieker-Jan in de verte een gestalte naderen. En hij knipperde met zijn ogen en toen zag-ie wie het was. Het was... de vos. De vos was toch aan zijn belagers weten te ontsnappen, was naar de rand van het bos gelopen, had de raaf gehoord en sloop nu behoedzaam richting de raaf en hij dacht: Oh, man! I'm gonna fuck that motherfucker... Hij was tot op één meter genaderd, toen-ie met een sprong boven op de raaf dook, en toen gebeurde er iets ongelooflijks: Kieker-Jan de vogelverschrikker, die nog nooit bewogen had, voelde plotseling in zijn armen en benen een kracht die hij nog nooit gevoeld had, en hij stapt van zijn stok, loopt op de vos en de raaf af en de vos die schrok zo dat-ie de raaf helemaal vergat en de raaf die wilde wegvliegen, maar met een kat-achtige reflex greep Kieker-Jan de raaf uit de lucht, pleurt hem op de grond, samen met de vos beukte hij hem in elkaar en ze spijkerden hem vast aan de stok van Kieker-Jan - Fuck you! Ja, en Kieker-Jan die wilde meteen een steen pakken en hem doodgooien, maar de vos zei: Relax. Is niet nodig Kieker-Jan. Geen kwaad met kwaad vergelden Kieker-Jan, dat hoeft niet. Jij hebt je kracht gevonden en hij heeft zijn lesje gehad. De rest is onbelangrijk, we laten hem vrij. En de raaf werd vrijgelaten. Goh, vos, zei Kieker-Jan. Vos, ik-ik heb zoveel van jou geleerd. Laten we samen de wijde wereld intrekken en maffe dingen gaan doen, kom op, dan gaan we! Rustig, rustig, rustig, zei de vos, ik heb een vrouw en kinderen, ik kan niet zomaar weg! Maar weet je wat we doen, ik kom gewoon één keer in de week hierlangs, en dan praten we allebei over wat we meegemaakt hebben en dan worden we hartstikke goede vrienden. Jottum! zei Kieker-Jan, en de vos ging op zijn achterpoten staan om Kieker-Jan te omhelzen... toen er plotseling een schot klonk. PANG! En de vos werd in zijn rug getroffen en viel dood in de armen van Kieker-Jan.
Ja, wat was er nou gebeurd? De raaf, toen die vrijgelaten was, die was met een bocht naar de boerderij gevlogen, was daar in het raam gaan zitten en had tegen de boer gezegd: Hé eh boer, d'r zit een vos op 't veld. Ja. Jahaa, en die valt Kieker-Jan lastig. Dus eh, jahaa, ik zou maar eens gaan kijken als ik jou was. En de boer, die aarzelde niet, die pakte zijn geweer, zag de vos op zijn achterpoten staan en schoot meteen, maar toen hij aankwam, en Kieker-Jan huilend met zijn vriend op de grond zag liggen, begreep hij dat hij een afschuwelijke vergissing begaan had, en hij dacht: Oh, mijn God, hoe moet ik dit goedmaken, hoe moet ik dit OOIT goedmaken? En plots wist hij het, en hij zei: Kieker-Jan, we ruilen. We ruilen Kieker-Jan, voortaan zal ik hier hangen en de vogels van het veld jagen en jij... neem mijn boerderij, neem mijn akkers, neem mijn vrouw, neem alles wat ik heb, het is allemaal voor jou. En hij had de woorden nog niet uitgesproken of daar hing ie al.
En nu, nog steeds, elke nacht, als de geluiden van rauwe seks uit de boerderij over de akkers waaien, hangt de boer aan zijn stok en ziet hij de tijd aan zich voorbij gaan. En de raaf, leeft nog steeds... Haha.
|
En er was ook een leraar, er was een leraar was op een gegeven moment in slaap gevallen en hadden we hem met kabels zo zn handen bij elkaar gebonden, en van die passers in zn nek gestoken tot hij helemaal dood was man. Ja en dat kon in die tijd helemáál nog niet hè. Nee een leraar doodsteken in die tijd, daar kwam je niet mee weg. Ik zal je zeggen, als je in die tijd een leraar doodstak waren de rapen gaar, dat wil zeggen, de spreekwoordelijke rapen, geen echte rapen natuurlijk, dat snap je hè. Zijn geen echte rapen die gaar waren, dat zijn spreekwoordelijke rapen, is een uitdrukking, is een gezegde, is een manier om iets duidelijk te maken, is een gezegswijze. Maar geen echte rapen natuurlijk hè dat snap je hè. Geen echte rapen die gaar waren dat waren spreekwoordelijke rapen, die waren gaar, maar geen echte rapen natuurlijk, natuurlijk niet. Spreekwoordelijke rapen, die waren gaar, maar de echte rapen natuurlijk niet. Tuurlijk niet! Dachten jullie dat dat echte rapen zijn? Tuurlijk waren dat geen echte rapen, denk nu toch eens na! Dat kan toch helemaal niet! Echte rapen die gaar waren! Op zon moment?! Op zon moment?! Dat kan toch helemaal niet man! Dus die vent die ligt daar dood te bloeden, en in een keer van: "Hey de rapen hè!" Dat kan toch niet man! Dat zijn spreekwoordelijke rapen, die zijn gaar! Luister, luister, luister! Ik wil alleen maar zeggen, als je zoiets flikte in die tijd, dan had je de poppen aan het dansen. Dat bedoel ik. Maar geen echte poppen natuurlijk. Nee! Poppen kunnen toch niet dansen man! Je kan ze wel laten dansen, met een touwtje kun je ze laten dansen maar als je ze weg dan uggg, gebeurt er niks. Die poppen kunnen helemaal niet dansen, dat zijn spreekwoordelijke poppen, dat overdraaglijk, das allemaal niet echt, das figuurlijk. Ik bedoel, luister, die rapen en die poppen is van hetzelfde laken een pak, dat bedoel ik. Ja, das geen echt pak. Tuurlijk is dat geen echt pak, een echt pak. Wie maakt dr een pak van lakens? Wie? Wie? Wie? Zal ik zeggen wie? De kukluxklan. Die wel. Maar luister, nee! Die hebben er niets mee te maken. Die worden er dan met de haren bijgesleept, met de spreekwoordelijke haren worden ze er bijgesleept. Want dat kan niet hè, want dan moeten ze eerst die puntmuts af. Maar mensen denk nou toch eens na! Mag ik even iets zeggen misschien, das heel raar, jullie denken nou die vent die ligt daar met 30 passers in nek kapot te gaan in zn eigen bloed, op dat moment denkt iemand: "zo dan gaan we eens even wat rapen klaarmaken hè" "Hey hallo poppetjes, wat zijn jullie daar leuk aan het dansen" "Oh, daar hebben we de kukluxklan, "hallo gezellig, kom erbij, puntmuts af, bij de haren pakken" Dat kan toch niet man. Alles moet ik uitleggen, ik vind dat zo vervelend! Was allemaal in de jaren 80 hè, mijn middelbareschooltijd. Wat een verschrikkelijk decennium was dat. Zat ik daar in een of ander kraakpand, met een dun jasje vol met principiële buttons, zat je daar lauwe cola te drinken, en te genieten van de schitterende muziek van de jaren 80: "Shout, shout, let it all out, these are the things I can do without, come on!"
|