Ooit stond de diersoort op uitsterven, maar na ruim een eeuw zijn er weer bizons in de Amerikaanse staat Alaska. Een kudde van honderd dieren is gisteren vrijgelaten.

De woudbizon, een ondersoort van de bizon, is met zo'n 1000 kilo het grootste landdier van Noord-Amerika. Midden vorige eeuw leek het erop dat de dieren waren uitgestorven door de jacht, totdat in 1957 nog een kudde in een afgelegen deel van Canada werd ontdekt.

Sindsdien is er een fokprogramma opgezet en leven er weer zo'n 11.000 exemplaren in het wild. De bizon was echter nog niet teruggekeerd naar Alaska, dus werd besloten ze in te vliegen.

De kudde werd de afgelopen jaren in gevangenschap gefokt. Eind vorige maand werden de dieren naar het dorpje Shageluk gevlogen, in het afgelegen zuidwesten van Alaska.

Voor het transport werd een Hercules-vliegtuig gebruikt met containers die speciaal voor de dieren waren aangepast. Om te voorkomen dat de dieren zich tijdens de twee uur durende reis zouden bezeren, hadden ze bijzonder weinig ruimte gekregen in de 'bison boxes'.

De kudde bestaat uit 50 vrouwtjes en 50 jonge mannetjes. Later dit jaar komen er nog zo'n dertig volwassen mannetjes bij. Ongeveer de helft van de vrouwtjes is al drachtig.

De afgelopen week mochten de dieren acclimatiseren, vandaag werden de dieren vrijgelaten. Met voedsel op een sneeuwscooter werd de kudde naar een open veld geleid. De dieren waren zichtbaar enthousiast.

"Ik ben sprakeloos. Die dieren hebben zo lang in gevangenschap geleefd en nu zijn ze vrij", zei een van de leiders van het project geëmotioneerd. "Om ze over de rand van het weiland te zien komen, is onbetaalbaar."