Hoe meer kippen er in een gemeente zijn, hoe meer mensen CDA stemmen. Tegelijkertijd scoort de Partij voor de Dieren juist slecht in gemeenten waar veel kippen leven. Dat blijkt uit een analyse op basis van gegevens van het CBS en de Kiesraad. Het CBS houdt jaarlijks bij hoeveel kippen er wonen per gemeente. Als daar de gegevens van de Kiesraad over de verkiezingen van 2010 naast worden gelegd, blijkt dat de kippen als graadmeter kunnen dienen voor het electoraat van het CDA en de Partij voor de Dieren. Die laatste partij blijkt juist goed te scoren in gemeenten waar de dieren nauwelijks voorkomen. In Bergen wonen bijvoorbeeld maar 270 kippen, terwijl de Partij voor de Dieren daar het beste scoorde van heel Nederland. In Barneveld, met 3,5 miljoen kippen de kippenhoofdstad van Nederland, haalt de Partij voor de Dieren juist een nihil aantal stemmen.
Het CDA doet het juist goed in de ‘kippengemeenten’. In Nederweert bijvoorbeeld leven 3 miljoen kippen en haalt het CDA een kwart van de stemmen. Dat is 9 procent meer dan in Boxtel, waar slechts 20.000 kippen wonen. Toch verliest het CDA in de kippenrijke gemeenten in Limburg snel terrein aan de PVV.