Het lijkt een vrijwel kansloze missie, maar wel een die tot de verbeelding spreekt: een team van astronomen gaat op zoek naar Apollo-lander Snoopy, die sinds 1969 om de zon cirkelt.
Het gaat om de stijgtrap van de maanlander van de Apollo 10-missie, de generale repetitie in mei 1969 voor de historische maanlanding van Apollo 11, twee maanden later. De bemanning had de lander liefkozend 'Snoopy' gedoopt.
De astronauten van de Apollo 10 landden niet op de maan. De missie was bedoeld om de systemen van de maanlander te testen. Nadat Eugene Cernan en Thomas Stafford de maan tot op 15 kilometer waren genaderd in het ruimtevaartuig, koppelden ze weer met de commandomodule en werd Snoopy afgestoten.
Latere landers crashten na de missie op het maanoppervlak, maar niet Snoopy. Vanuit Houston werd de raketmotor ontstoken als extra test voor de motor van de stijgtrap, en zo kwam Snoopy in een eindeloze baan om de zon terecht.
Sinsdien is er niets meer vernomen van de maanlander. De Britse amateurastronoom Nick Howes heeft nu het ambitieuze plan opgevat om Snoopy terug te vinden met behulp van sterke telescopen. Een naald in een kosmische hooiberg, maar Howes citeert de woorden die Kennedy gebruikte bij de start van het Apolloprogramma: "We proberen deze dingen niet omdat ze makkelijk zijn, maar omdat ze moeilijk zijn".
Een van de grootste moeilijkheden waar Howes en zijn team mee kampen, is het gebrek aan data van Snoopy. De laatste gegevens over de omloopbaan van de lander dateren van 1969. Het team werkt samen met het Space Exploration Engineering Corp, dat eerder de koers van Apollo 13 herberekende, om de baan van Snoopy vast te stellen.
"We verwachten dat we zo'n 135 mljoen kilometer moeten afzoeken", speculeert Howes. "We zijn ons bewust van de enormiteit van dit project, maar we hebben hulp van de telescopen van het Faulkes-observatorium, en we zullen ongetwijfeld tussendoor veel nieuwe objecten als asteroiden en kometen vinden." Foto