Een Amerikaanse vrouw die door de platenindustrie was aangeklaagd wegens illegaal downloaden van muziek heeft teruggeslagen door de tegenpartij te beschuldigen van spionage. Eerder had zij al aangevoerd dat de muziekbranche onschuldige consumenten intimideert, meldt Associated Press. Tanya Andersen, zoals de vrouw heet, diende vrijdag een aanvullende aanklacht in bij de districtsrechtbank in Portland (Oregon).
Zij probeert op deze manier een zogenaamde 'class action suit' te ontketenen, een groepsrechtszaak namens iedereen die een vergelijkbaar conflict met de platenindustrie heeft. Volgens de vrouw hebben brancheorganisatie RIAA en MediaSentry, het bedrijf dat in opdracht van de muziekbranche onderzoek doet naar vermeende piraterij, zich illegaal toegang verschaft tot de harde schijven van tienduizenden Amerikaanse burgers. De zo vergaarde informatie zou zijn gebruikt om 'schijnrechtszaken' aan te spannen als drukmiddel in de antipiraterijcampagne. Volgens de advocaat van Andersen is de uitgebreide tegenklacht mede bedoeld om de enorme omvang van de spionage boven water te krijgen. De zaak kwam aan het rollen toen een deurwaarder in augustus 2005 een dagvaarding bezorgde bij Andersen, een alleenstaande moeder met een indertijd 8-jarige dochter. In de aanklacht werd zij - valselijk, aldus Andersen - beschuldigd van inbreuk op auteursrechten. De platenmaatschappijen eisten duizenden dollars schadevergoeding van de vrouw en dreigden haar dochter te verhoren. Een rechter verwees deze aanklacht naar de prullenbak, waarna Andersen een tegenzaak aanspande.