De VS heeft tevergeefs geprobeerd de kapitein van de Iraanse olietanker Adrian Darya 1 om te kopen. In ruil voor het schip kon de Indiase kapitein miljoenen dollars tegemoet zien. Hij zou het schip dan naar een land moeten varen waar de VS er beslag op kan leggen.

Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken bevestigt een bericht daarover in The Financial Times. Een Amerikaanse ambtenaar stuurde de Indiase kapitein van de tanker e-mails met het "goede nieuws" dat hij de rest van zijn leven comfortabel kon leven als hij op het aanbod inging.

De kapitein is niet op het aanbod ingegaan en het schip is doorgevaren. Maandag bevond het zich op de Middellandse Zee, voor de kust van het Syrische Tartus en het Libanese Tripoli. De eventuele banktegoeden van de kapitein in de VS zijn bevroren en Amerikaanse financiële instellingen mogen geen transacties meer voor hem doen.

De Adrian Darya 1 werd in juli bij Gibraltar door de Britten geënterd, omdat het schip met Iraanse olie onderweg zou zijn naar Syrië. De tanker heette toen nog Grace 1. Half augustus mocht het van een rechtbank vertrekken onder de voorwaarde dat de 2,1 miljoen vaten olie niet naar Syrië zouden worden gebracht. Het schip veranderde van naam en kreeg een nieuwe kapitein.

De VS wil nog steeds dat het in beslag wordt genomen. Het waarschuwde landen in het Middellandse Zeegebied om het schip niet toe te laten. Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse zaken zegt dat ook andere kapiteins en rederijen zijn gewaarschuwd.

De VS beschouwt meehelpen aan de export van Iraanse olie als steun aan terroristen, omdat de Iraanse Revolutionaire Garde daar veel geld mee zou verdienen. Die zou bij tal van aanslagen betrokken zijn waarbij ook Amerikanen zijn omgekomen.