De radio zachter zetten in plaats van naar een kaart te kijken als je verdwaald bent of op onbekende wegen rijdt, lijkt misschien vreemd, maar het blijkt helemaal niet vreemd te zijn. Het is de natuurlijke reactie van je hersenen op de omstandigheden.

Om dat te begrijpen moet je een paar dingen weten over hoe het menselijk brein werkt. Je brein bestaat uit drie delen: de grote hersenen, het grootste deel van de hersenen, en het deel dat je hogere cognitieve functies zoals taal en emoties aanstuurt ; het cerebellum, dat je spierbewegingen en balans regelt; en de hersenstam, die alle automatische functies van het lichaam regelt, zoals ademhalen, en ook fungeert als het relaisstation tussen het ruggenmerg en de grote hersenen en het cerebellum.

Terwijl je je dag doorbrengt, verzamel je informatie over je omgeving via je vijf primaire sensorische systemen: smaak, gehoor, geur, aanraking en zicht. Elk sensorisch systeem heeft zijn eigen sensorische neuronen en elk vertelt het centrale zenuwstelsel over veranderingen in je omgeving. De hersenen, die deel uitmaken van het centrale zenuwstelsel, combineren al deze informatie en beslissen hoe verder te gaan. Dat proces wordt codering genoemd. Het brein evalueert voortdurend wat zijn primaire taak zou moeten zijn - de belangrijkste taak waarop de hersenen zich concentreren - en zijn secundaire taak, de gelijktijdige taak die minder focus krijgt.

Het vermogen van de hersenen om tussen taken heen en weer te schakelen, wordt aandachtswisseling genoemd, en er hangt een prijskaartje aan: wanneer het brein zijn focus en aandacht van de ene taak naar de andere overschakelt, gaat dat snel, maar het kost een klein beetje tijd. Die fracties van een seconde besteed aan het wisselen van aandacht kunnen je prestaties vertragen, inclusief kleine vertragingen in je reactietijden. En als je verdwaald bent, kan dat het verschil betekenen tussen het wel of niet zien van het straatnaambord dat je moet zien.

Mensen zetten de radio vaak zachter als ze in drukke stedelijke gebieden rijden, op zoek zijn naar een specifiek adres of rijden in stortregen of tijdens een sneeuwstorm, omdat die activiteiten meer concentratie vergen dan een normale rit. Door de radio zachter of uit te zetten, wordt een taak van de takenlijst van de hersenen verwijderd en wordt de focus verlegd naar de belangrijkste taak: de weg vinden.