De voordeur van een woning in een studentenflat aan de Planetenlaan in Groningen is zondagochtend in brand gezet met papier en een brandbare stof. Dankzij snel ingrijpen van de bewoner vielen er geen gewonden en bleef de schade beperkt.
Maar de schrik zit er bij de 24-jarige bewoonster Jendie nog goed in. Ze heeft aangifte gedaan van brandstichting.
Jendie vierde die nacht samen met een paar vrienden thuis, op acht hoog, dat haar toetsweek was afgesloten. Haar buren klaagden over lawaaioverlast en iets na middernacht klopte de politie aan. Jendie kreeg een boete, zette de muziek uit om geen verdere overlast te veroorzaken, maar stuurde haar bezoek niet naar huis. Totdat om 6 uur in de ochtend het brandalarm in de hal afging.

Jendie opende de deur naar de gang en ze zag tot haar grote schrik dat de voordeur in brand stond. ,,De vlammen sloegen naar binnen”, vertelt de studente, die nog steeds niet kan begrijpen wat er is gebeurd.
De aanwezige vrienden kwamen vrijwel meteen in actie. Eentje stak zijn hand uit naar de vlammen om de deur te openen. Dat lukte, maar daarbij verbrandde hij zijn arm. De ander maakt snel een grote doek nat en bluste daarmee het vuur.
Nadat de vlammen waren gedoofd, zagen ze dat iemand papier onder de deur had gepropt. En ze roken dat een brandbare stof over de deur en het papier was gesprenkeld, gespoten, of gegooid.
De gealarmeerde politie was, volgens Jendie, snel ter plaatse. Agenten onderzochten de brandstichting. ,,Om negen uur die zondagochtend kwam nog iemand langs van de politie om foto’s te maken,” vertelt Jendie. Daarna deed ze aangifte van brandstichting.

Onderzoek van de politie moet uitwijzen in welke hoek de verdachte(n) moet(en) worden gezocht. Jendie heeft wel een vermoeden.
Voorlopig durft ze daarom in ieder geval niet terug naar haar flat. ,,Wat als ze het nog een keer proberen als ik slaap en niet wakker word? Ik kan daar niet meer rustig thuis zijn. Het spookt constant door mijn hoofd en ik word er door de brandlucht en -vlekken de hele tijd aan herinnerd.”
Jendie hoopt dat iemand meer weet en zich bij de politie meldt. ,,Als de dader is aangehouden kan ik hopelijk weer met een veilig gevoel thuis slapen. Misschien dat iemand hierover iets heeft gehoord of meer weet. Alles kan helpen bij de opsporing.”
De politie kan nog niet inhoudelijk reageren. „We hebben wel gevonden dat er iets aan de hand was op dat adres”, laat een politiewoordvoerder desgevraagd weten.