In veel Nederlandse huizen is de luchtkwaliteit 's avonds slecht. Dat komt door het fijnstof dat vrijkomt tijdens het bakken en braden van eten, of door het branden van kaarsen. In 15 procent van de huizen wordt de fijnstofnorm van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO overschreden. Vooral in energiezuinige woningen lijkt dit een risico.

Dat blijkt uit onderzoek van TNO en Inhome Air Quality Consortium. De instanties deden ruim een jaar lang metingen in ruim honderd Nederlandse woningen. De resultaten zijn een bevestiging van de uitkomsten van eerder onderzoek van TNO, dat in proefkeukens werd uitgevoerd.

Volgens de onderzoekers zijn er grote verschillen tussen de huizen. In sommige huizen werd de advieswaarde niet één keer overschreden, in andere huizen gebeurde dit meer dan 35 dagen. Dat komt vooral door de manier van koken. Van invloed zijn de bakduur, bakken op hoge temperatuur zoals wokken, het gebruik van een afzuigkap en de plaats van de pannen op het fornuis.

Hoe energiezuiniger de woning is, hoe groter het risico dat de luchtkwaliteit slecht is. Ook het branden van kaarsen veroorzaakt meer fijnstof.

Om het draagvlak voor meer energiezuinige woningen niet verder te laten afnemen, adviseren de onderzoekers om het bouwbesluit aan te scherpen. Nieuwbouwhuizen zouden een goede installatie moeten krijgen voor zowel de aanvoer van frisse lucht als de afvoer van vervuilde (kook)lucht. Nieuwe huizen zijn nu vaak luchtdicht.

Fijnstof kan schadelijk zijn voor de gezondheid. Blootstelling kan leiden tot onder meer luchtwegklachten.