De horeca mag vanaf morgenmiddag weer los, maar wel gebukt onder strenge coronamaatregelen. Hoe regel je dat dan bij de toiletten? Daar heeft Leo Lubberink uit Zuidwolde iets op bedacht: de Toilet Control, een stoplicht dat aangeeft of de wc vrij of bezet is.

Lubberink, zelf eigenaar van groepsaccommodatie De Steenbergerhoeve, brengt zijn uitvinding samen met zijn dochter Marleen en twee vrienden op de markt. De Drentse ondernemers denken dat het wc-stoplicht veel horecaondernemers helpt om de maatregelen na te leven.

Lubberink bedacht zijn uitvinding toen hij in zijn restaurant de mogelijkheden voor de anderhalvemetersamenleving onder de loep nam. "Tafels kun je wel weghalen of uit elkaar schuiven, dat is het probleem niet", vertelt hij. "Maar de toiletten zijn een knelpunt. Normaal is het daar al druk, maar nu kun je er natuurlijk helemaal niet zijn met meerdere personen."

Marleen Lubberink legt uit hoe de Toilet Control werkt: "Je hangt het stoplicht aan de muur naast de wc. Bijna alle horecatoiletten hebben een voorportaal, waar je je handen kunt wassen. Als iemand daar binnenkomt, springt het stoplicht op oranje en als diegene vervolgens het toilet ingaat, springt de rode lamp aan."

Dankzij bewegingssensoren aan het plafond weet het stoplicht wanneer er iemand binnen is. Iedere restaurant- of cafébezoeker met een volle blaas kan op die manier eerst checken of de wc vrij is, voordat hij of zij de tocht naar de toiletten maakt. Zo voorkom je een opstopping voor de toiletten en een onnodige wandeling langs de tafels.

Het innovatieve viertal ziet veel kansen in het project, daarom zetten ze het professioneel op de markt. Mike de Goede: "Het eerste prototype is klaar en in gebruik en we hebben meteen een website gemaakt. Omdat we nu middenin de crisis zitten, moeten we snel handelen. Daarom kunnen we de productie niet uitbesteden aan bijvoorbeeld China."

Zo'n 160 klanten hebben zich al gemeld bij de uitvinder. Het prototype blijft in ieder geval in zijn restaurant. "Crisis of niet, ik vind hem nu al handig", lacht Lubberink.