De drie Groningse vrouwen die in april werden gearresteerd in een 'drugsloods' in Zuidlaren zaten er niet in voor het geld. Dat zegt hun advocaat Dirk Daamen uit Maastricht. 'Het was meer een vorm van dagbesteding, dan een manier om snel rijk te worden.'

'Als ze tien euro per uur kregen, dan was het veel. Dat zijn nou niet de bedragen waar je dergelijke risico's voor loopt.'

De vrouwen worden op vrijdag 6 april gearresteerd tijdens een inval in een loods aan het Bolwerk. Ze zijn aan het werk in een wietstekkerij. De politie neemt 10.000 stekjes en 360 moederplanten in beslag. Het is één van de grootste stekkerijen ooit opgerold in het Noorden.

'Het was lekker warm in de loods. Ze stonden wat te keuvelen en ondertussen stopten ze stekjes in de potjes', aldus Daamen. En met 'ze' doelt de advocaat op een 63-jarige vrouw uit de gemeente Loppersum, haar 38-jarige dochter en een even oude vriendin, beide uit de stad Groningen.

'Hoe een gepensioneerde vrouw van 63 aan een baan in een grote wietstekkerij komt? Via haar dochter', vertelt Daamen. 'Ze dacht dat het wel iets voor haar moeder zou zijn. Die zat sinds haar pensioen thuis. Het is een wereld waar je veel over leest en hoort in de media en het leek mijn cliënt wel interessant om eens van dichtbij mee te maken hoe het eraan toe gaat in de wietteelt.'

Maar het ging in de 'drugsloods' in Zuidlaren om méér dan alleen wiet. De politie treft tijdens de inval namelijk ook een drugslab aan, achter een dubbele wand in de loods. Er wordt een kleine drie kilo aan crystal meth in beslag genomen. Een Vietnamees die in het lab aan het werk is, wordt opgepakt. Advocaat Daamen: 'Mijn cliënten waren stomverbaasd. Ze wisten van niets, en ontkennen elke betrokkenheid bij de productie van synthetische drugs.'

De Groningers worden een paar dagen na hun arrestatie vrijgelaten. Het bewijs voor hun betrokkenheid bij het drugslaboratorium is volgens de rechtbank te mager. Volgens hun advocaat zijn ze nog altijd erg ontdaan. 'Ze zijn erg geschrokken. Ze hebben toch drie nachten in de cel doorgebracht. En dat terwijl ze nog nooit met justitie in aanraking zijn geweest.'

Hoe het contact met de mensen 'achter' de wietstekkerij tot stand kwam, is onduidelijk. Dat blijkt volgens Daamen ook niet uit het dossier. 'Eén van mijn cliënten heeft verklaard dat ze is benaderd door een vage kennis. Dat was in februari. Het begon met het opknappen van oude meubels. Eén dag in de week. Pas een paar weken voor de inval zijn ze gevraagd om hand-en-spandiensten te verrichten in de wietstekkerij.'

Ondertussen ziet het Openbaar Ministerie de vrouwen nog steeds als verdachten in de zaak. 'Ze zien enorm op tegen een rechtszaak', aldus Daamen. 'De dames hebben toegegeven dat ze met stekjes in de weer zijn geweest en zullen hun straf accepteren. Omdat ze niets met de productie van synthetische drugs te maken hebben, heb ik het OM gevraagd om de zaak tegen mijn cliënten en die tegen de hoofdverdachten apart te behandelen.'

Of het tot een rechtszaak komt staat trouwens nog niet vast. 'De officier zou zelf ook een straf kunnen opleggen. Dan moet je bijvoorbeeld denken aan een boete of een taakstraf', besluit Daamen. Een besluit daarover is nog niet genomen.

De rechtszaak tegen de hoofdverdachten, onder wie een 64-jarige man uit Emmen, is vorige week uitgesteld. Het wachten is op de resultaten van technisch onderzoek.