Je verwacht het niet, maar als je vaak vliegt, is de kans best groot dat er een lijk met je meereist. Alleen al vanuit Duitsland zouden er jaarlijks dertig- tot veertigduizend lijken naar het buitenland worden gevlogen. Vanaf Schiphol zijn het er elk jaar tweeduizend. Niet voor niets heeft de nationale luchthaven een eigen mortuarium.

Natuurlijk wil het vliegtuigpersoneel niet door de cabine schreeuwen: ‘lijk aan boord’. Daarom hebben ze enkele discretere termen bedacht. De bekendste codenaam is volgens reiswebsite Travelbook de term Jim Wilson. Die verwijst naar de American Airlines Jim Wilson Service, de luchtvaartmaatschappij die overledenen vervoert.

Maar er is nog een codewoord dat stewardessen en piloten gebruiken om aan elkaar te laten weten dat er een dood persoon aan boord is: Hugo. Dit hoeft niet per se iemand te zijn die al eerder is overleden, het kan ook zijn dat hij tijdens de vlucht is gestorven. Hugo staat voor ‘human gone’.

Hoor je de steward praten over Hugo dan betekent dat waarschijnlijk dus dat er een lijk aan boord is. Of de piloot heet gewoon Hugo, dat kan natuurlijk ook.